Zesentwintigste donderdag door het jaar – Vespers

korte stilte

℣ God, kom mij te hulp,
℟ Heer, haast u mij te helpen.

Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest,
zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen. Halleluja.

eerste antifoon

Hoe goed is het, hoe heerlijk
als broeders bijeen te wonen!

eerste psalm: Psalm 133 — De vreugde van menselijke eendracht
Laten wij elkaar liefhebben, want de liefde komt uit God voort (1 Joh. 4:7).

Hoe goed is het, hoe heerlijk
als broeders bijeen te wonen!

Goed als olie op het hoofd
die neervalt op de baard,
de baard van Aäron,
en neervalt op de hals van zijn gewaad,

als de dauw van de Hermon
die neervalt op de bergen van Sion.
Daar geeft de HEER zijn zegen:
leven voor altijd.

Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest,
zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen.

eerste antifoon

Hoe goed is het, hoe heerlijk
als broeders bijeen te wonen!

tweede antifoon

Loof de HEER, want hij is goed.

tweede psalm: Psalm 136:1-9 — Lofzang op schepping en verlossing
De daden van de Heer verkondigen is hem lofprijzen (Cassiodorus).

Loof de HEER, want hij is goed
– eeuwig duurt zijn trouw –
loof de allerhoogste God
– eeuwig duurt zijn trouw –
loof de oppermachtige Heer
– eeuwig duurt zijn trouw –

die wonderen doet, hij alleen
– eeuwig duurt zijn trouw –
die de hemel maakte, met wijsheid
– eeuwig duurt zijn trouw –
die de aarde uitspreidde, op het water
– eeuwig duurt zijn trouw –

die de grote lichten maakte
– eeuwig duurt zijn trouw –
de zon, om te heersen over de dag
– eeuwig duurt zijn trouw –
maan en sterren, om te heersen over de nacht
– eeuwig duurt zijn trouw.

Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest,
zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen.

tweede antifoon

Loof de HEER, want hij is goed.

derde antifoon

Loof de HEER, want eeuwig duurt zijn trouw.

derde psalm: Psalm 136:10-16 — Lofzang op schepping en verlossing
De daden van de Heer verkondigen is hem lofprijzen (Cassiodorus).

Die Egypte trof, in hun eerstgeborenen
– eeuwig duurt zijn trouw –
en Israël wegleidde, uit hun midden
– eeuwig duurt zijn trouw –
met krachtige hand en geheven arm
– eeuwig duurt zijn trouw –

die de Rietzee spleet, in tweeën
– eeuwig duurt zijn trouw –
en Israël overbracht, daar midden doorheen
– eeuwig duurt zijn trouw –
en de farao met zijn leger achterliet, in de Rietzee
– eeuwig duurt zijn trouw –

die zijn volk leidde, in de woestijn
– eeuwig duurt zijn trouw.

Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest,
zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen.

derde antifoon

Loof de HEER, want eeuwig duurt zijn trouw.

vierde antifoon

Loof de HEER, want hij heeft aan ons gedacht in onze rampspoed.

vierde psalm: Psalm 136:17.21-26 — Lofzang op schepping en verlossing
De daden van de Heer verkondigen is hem lofprijzen (Cassiodorus).

Die geduchte koningen versloeg
– eeuwig duurt zijn trouw –
en hun land weggaf, als bezit
– eeuwig duurt zijn trouw –
als bezit aan Israël, zijn dienaar
– eeuwig duurt zijn trouw –

die in onze rampspoed aan ons heeft gedacht
– eeuwig duurt zijn trouw –
en ons ontrukte aan onze belagers
– eeuwig duurt zijn trouw –

hij geeft brood aan alles wat leeft
– eeuwig duurt zijn trouw –
loof de God van de hemel
– eeuwig duurt zijn trouw!

Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest,
zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen.

vierde antifoon

Loof de HEER, want hij heeft aan ons gedacht in onze rampspoed.

vijfde antifoon

Laat mijn tong aan mijn gehemelte kleven
als ik niet meer denk aan jou, Jeruzalem.

vijfde psalm: Psalm 137:1-6 — Treurlied van de ballingen
Deze aardse gevangenschap van het volk moet gezien worden als een beeld van de geestelijke gevangenschap (Hilarius).

Aan de rivieren van Babel,
daar zaten wij treurend
en dachten aan Sion.
In de wilgen op de oever
hingen wij onze lieren.

Daar durfden onze bewakers
te vragen om een lied,
daar vroegen onze beulen:
‘Zing voor ons
een vrolijk lied uit Sion.’
Hoe kunnen wij zingen
een lied van de HEER
op vreemde grond?

Als ik jou vergeet, Jeruzalem,
laat dan mijn hand de snaren vergeten.
Laat mijn tong aan mijn gehemelte kleven
als ik niet meer denk aan jou,
als ik Jeruzalem niet stel
boven alles wat mij verheugt.

Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest,
zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen.

vijfde antifoon

Laat mijn tong aan mijn gehemelte kleven
als ik niet meer denk aan jou, Jeruzalem.

kapittel: 2 Korintiërs 1:3-4

Geprezen zij de God en Vader van onze Heer Jezus Christus, de Vader die zich over ons ontfermt, de God die ons altijd troost en ons in al onze ellende moed geeft.

hymne: Magnae Deus potentiae

O God van grote majesteit,
die wat uit ’t water voortkomt, scheidt
en deels het in de diepe vloed,
deels in de luchten leven doet.

Die vissen dompelt diep terneer,
en vogels heft ten hemel, Heer,
zodat zij, uit één stam ontstaan,
toch elk een ander oord ingaan.

O Heer, maakt u uw dienaars rein
die door één bloed gewassen zijn,
opdat zij leven zonder kwaad,
en ook de dood hen niet meer schaadt.

Dat zij niet gaan gebukt door schuld,
noch trots zijn, van zichzelf vervuld,
niet in zichzelf ten ondergaan
door diepe vrees of hoge waan.

Getrouwe Vader, zie ons aan,
wees, Zoon van God, met ons begaan,
vertroost ons, Geest, in deze tijd,
u die regeert in eeuwigheid.

vers

℣ Laat mijn gebed voor u zijn als reukwerk,
℟ mijn geheven handen als een avondoffer.

antifoon bij de lofzang

God toont zijn macht en de kracht van zijn arm
en drijft uiteen wie zich verheven wanen.

lofzang van Maria

Mijn ziel prijst en looft de Heer,
mijn hart juicht om God, mijn redder:
hij heeft oog gehad voor mij, zijn minste dienares.
Alle geslachten zullen mij voortaan gelukkig prijzen,
ja, grote dingen heeft de Machtige voor mij gedaan,
heilig is zijn naam.
Barmhartig is hij, van geslacht op geslacht,
voor al wie hem vereert. —

Hij toont zijn macht en de kracht van zijn arm
en drijft uiteen wie zich verheven wanen,
heersers stoot hij van hun troon
en wie gering is geeft hij aanzien.
Wie honger heeft overlaadt hij met gaven,
maar rijken stuurt hij weg met lege handen. —

Hij trekt zich het lot aan van Israël, zijn dienaar,
zoals hij aan onze voorouders heeft beloofd:
hij herinnert zich zijn barmhartigheid
jegens Abraham en zijn nageslacht,
tot in eeuwigheid. —

Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest,
zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen.

antifoon bij de lofzang

God toont zijn macht en de kracht van zijn arm
en drijft uiteen wie zich verheven wanen.

slotgebeden

℣ Heer, ontferm u over ons.
℟ Christus, ontferm u over ons.
℣ Heer, ontferm u over ons.

Onze Vader in de hemel,
laat uw naam geheiligd worden,
laat uw koninkrijk komen
en uw wil gedaan worden
op aarde zoals in de hemel.
Geef ons vandaag het brood
dat wij nodig hebben.
Vergeef ons onze schulden,
zoals ook wij hebben vergeven
wie ons iets schuldig was.
En breng ons niet in beproeving,
maar red ons uit de greep van het kwaad.
Want aan u behoort het koningschap,
de macht en de majesteit tot in eeuwigheid. Amen.

℣ HEER, hoor mijn gebed,
℟ laat mijn hulpkreet u bereiken.

korte stilte

Richten wij ons vol dankbaarheid tot onze Heer en Verlosser; hij zegent zijn volk met elke geestelijke zegen. Vragen wij hem vol vertrouwen: Heer, zegen uw volk.
Almachtige en barmhartige God, geef wijsheid en sterkte aan de ambtsdragers in uw gemeenten; bewaar en bescherm hen om uw kerk te leiden.
Heer, bescherm ons vaderland; bewaar ons voor alle onheil.
Roep vele jongeren tot dienst in uw gemeenten; dat zij u volgen die arm bent geworden om ons en gehoorzaam tot de dood.
Sta allen bij die zich door geloften aan u hebben gebonden; schenk hun een grote edelmoedigheid om u altijd te volgen.
Door onze Heer Jezus Christus, uw Zoon, die met U leeft en heerst in de eenheid van de heilige Geest, God, door de eeuwen der eeuwen. Amen.