als ‘Bijbelkennis leer je in de praktijk’ gepubliceerd in: Nederlands Dagblad 12 mei 2012
… Natuurlijk is de parate bijbelkennis van christelijke jongeren vergeleken met vroeger afgenomen (ND, 5 mei). Immers, alle parate kennis is afgenomen. Dat is erg. Maar er is iets wat nog veel erger is.
Natuurlijk is de parate kennis van de gereformeerde traditie onder gereformeerde jongeren vergeleken met vroeger afgenomen. Alle parate kennis van wat voor traditie dan ook is vergeleken met vroeger verwaarloosbaar klein geworden.
Natuurlijk is dat erg. Het is erg omdat het een illusie is te denken dat je het wel met het grote collectieve geheugen van het internet en andere multimediale informatie afkunt. Die eindeloze hoeveelheid beschikbare informatie is namelijk niet gestructureerd en niet gewogen. Ze helpt je niet bij de vraag: is dit een hoofd- of een bijzaak? en al evenmin bij de vraag: is dit waardevol of niet?
Om hoofd- en bijzaken te kunnen onderscheiden heb je inhoudelijke kennis van een onderwerp of vakgebied nodig. Om te bepalen of iets waarde heeft heb je een maatstaf nodig waaraan je die waarde meet. Als je beide niet meer paraat hebt, dan kun je de informatie niet (meer) hanteren.
basiskennis In het artikel van zaterdag gaf Monique Volman al aan dat dit vraagt om veel basiskennis. Je hebt niet alleen de vaardigheid nodig van het hanteren van zoekstrategieën, je moet ook de structuur van een vakgebied kennen.
Laat dat laatste nu net zijn wat traditioneel een functie is van de Heidelbergse Catechismus: die geeft de structuur van het vakgebied van de oude gereformeerde theologie. Als je iets als zo’n catechismus niet meer paraat hebt ben je hulpeloos overgeleverd aan de overstelpende hoeveelheid informatie die er is. Het enige wat je vervolgens nog kunt doen is zelf uitmaken wat hoofd- en bijzaak is.
Hetzelfde geldt voor de vraag wat waarde heeft of niet. Ook daarin is vanouds die catechismus enorm sturend geweest: als je laatste rustpunt in je leven is dat je eigendom van Jezus Christus bent zijn heel andere dingen relevant dan als je zelf moet bepalen of iets je aanspreekt.
Een slag algemener gezegd: het zijn tradities die je helpen te schiften tussen hoofd- en bijzaken en die je de waarden aanreiken waarmee je kunt bepalen of iets relevant is of niet. Wie niet meer gevormd is door een traditie kan dat enorme collectieve geheugen waarover we in onze cultuur nu beschikken überhaupt niet hanteren. De werkelijkheid lijkt me juist andersom dan nu vaak gedacht wordt: hoe groter de hoeveelheid beschikbare informatie is, des te belangrijker is parate kennis die wel gestructureerd is, en des te belangrijker zijn geïnternaliseerde waarden die je helpen te schiften.
zappen Probleem in de kerken lijkt mij daarbij niet dat de oude Heidelberger zijn functie verloren heeft, maar dat daar niets voor in de plaats gekomen is. Ik zou niet weten wat er is dat kan dienen om de structuur van het vakgebied van de huidige gereformeerde theologie te leren kennen en dat je helpt te ontdekken wat relevant is en wat niet. En dus zappen christenen op hun mobiel langs de 66 zenders van de bijbel en bepalen ze hoogstens op wat hen persoonlijk aanspreekt wat daarin relevant is en wat niet. Je wilt niet weten wat voor vroom geklets dat oplevert. Natuurlijk is dat erg.
secularisatie Maar er is iets wat nog veel erger is. Dat is het over de breedte van de kerken weggevallen zijn van gemeenschappelijke praktijken van geloven. ‘Het echte probleem ligt misschien wel bij de secularisatie van oudere generaties in de kerk’, werd zaterdag al geconstateerd. Die secularisatie vertaalt zich naar mijn indruk vooral praktisch, in het wegvallen van gemeenschappelijk gebed, gemeenschappelijke bijbellezing en geloofsgesprek.
De prioriteiten liggen in de praktijk bij televisieprogramma’s, sport en andere hobby’s, werk en school, uitgaan en op vakantie gaan, nieuwe gadgets, en nog een en ander. Daar gaan de gesprekken over, ook in de kerk. Daar wordt de tijd aan besteed.
Kennis die iets betekent is altijd geworteld in een praktijk. Los van zo’n praktijk gaat het ermee als met geplukte bloemen: ze staan even, maar het wachten is op de gft-container. Alleen in zo’n praktijk groeit kennis en krijgt die eigen contouren. Bijbelkennis functioneert alleen in een praktijk van gemeenschappelijk gebed, Bijbellezen en daarover doorspreken. Waar die praktijk wegvalt kun je de kennis op den duur hoogstens nog als droogbloemen terugvinden.
Ik werk in een gemeente waar permanent vanuit het hele land jonge mensen binnenkomen en weer vertrekken. In overgrote meerderheid hebben zij in de gemeenten waar ze vandaan komen wel een en ander geleerd over hoe leven als christen zou moeten, maar zijn ze niet gevormd in een praktijk van bidden, Bijbellezen en geloofsgesprek. Als ze daar wel in gevormd zijn hebben ze dat óf van thuis meegekregen óf opgedaan in allerlei verbanden buiten de kerken. De gemeenten zelf lijken er geen rol in te spelen. In ieder geval aan het effect te zien zijn wij als gereformeerde kerken doorgaans geen gemeenschap van gebed, Bijbellezen en geloofsgesprek. Ook andere instanties als het gereformeerd onderwijs spelen op het niveau van deze christelijke levenspraktijk geen merkbare rol.
nutteloos Daar zit volgens mij het echte probleem onder de problematiek die zaterdag gesignaleerd werd. Het gaat niet om de hoeveelheid feitenkennis op zich. Daar zit ook allerlei verder nutteloze kennis bij, hoogstens goed om een spelletje ‘wie weet de meeste bijbelse namen met een A?’ te winnen. Het gaat om het wegvallen van de bodem waarin kennis groeit: de praktijk van christenen samen. Die praktijk bepaalt wat relevant is: wat je kunt delen met elkaar als woord van God voor jou en voor de ander.
praktijk Waar het om gaat is niet of je netjes de twaalf zonen van Jakob kunt opnoemen, maar of je zelf een Bijbelgedeelte kunt vinden dat je samen aan tafel kunt lezen en waar je vervolgens over kunt praten en voor kunt danken. Echte Bijbelkennis leer je niet op school of op catechisatie, die leer je in de praktijk. Waar die praktijk ontbreekt is het voor de rest vechten tegen de bierkaai.
zie voor algemenere achtergronden de theobloog ‘Belong, behave, believe, behave’ en ‘Tradities en andere gekke dingen’