Onderweg 1 (2015) 3,31 (7 februari 2015)
‘Vrouwen in orthodox-protestantse kringen hebben veel minder geslikt van de seculiere ideologie van het feminisme dan mannen hebben geslikt van de seculiere ideologie van het kapitalisme.’Een citaat uit Amerika, uit de tijd dat de Christian Reformed Churches nog moesten besluiten om vrouwen in de kerk recht te doen. Uit de tijd dat in Nederland vrijwel alles zich nog presenteerde als lief en gematigd, Rijnlands en zorgzaam. Die tijd is lang voorbij.
Toch vraag ik me af of het citaat niet een antwoord geeft op een vraag die niet gesteld wordt: hoe komt het dat de kleine christelijke partijen het lot van de PvdA niet delen? Natuurlijk, principes inleveren valt meer op als je het bij een kabinetsformatie doet, dan als het beetje bij beetje bij besluitvorming gebeurt. En natuurlijk, ‘om erger te voorkomen’ werkt een tijdje als verontschuldiging — totdat doordringt dat dit niet voor niets de titel is van een boek dat beschrijft hoe het kon gebeuren dat er tijdens de Tweede Wereldoorlog procentueel nergens meer Joden gedeporteerd zijn dan in Nederland.
Integere naïviteit gaat op een gegeven moment over in medeplichtigheid. Maar in orthodox-christelijke kring blijft het tot nu toe stil. Ik snap dat alleen als we zo veel geslikt hebben van de seculiere ideologie die nu in Nederland de dienst uitmaakt dat we niet eens meer zien dat het een seculiere ideologie is. Vergeet alle grote woorden over christelijk-sociaal denken, over recht en over de bescherming van burgers tegen een alomtegenwoordige overheid. Dat waren geen principes, maar gewoon vriendelijke gedachten uit de tijd dat vrijwel alles zich nog presenteerde als lief en gematigd, Rijnlands en zorgzaam. Die tijd is lang voorbij.