Echt danken laat danken

Preek over 2 Korintiërs 9:10-11

orde middagdienst
votum en groet
zingen: Psalm 104,8-10
gebed
Schriftlezing Jesaja 55
zingen: Psalm 98,1.4
Schriftlezing 2 Korintiërs 9
zingen: Liedboek 448
preek over 2 Korintiërs 9:10-11
zingen: NGK 123,1.5
gebed opgenomen in Psalm 148
inzameling gaven
zingen: NGK 141
zegen

Aardappels, iedereen hier weet wel wat dat zijn. Een van de grappige dingen van aardappels is, dat ze groeien uit aardappels. Wil je nieuwe aardappels krijgen, dan moet je wat oude bewaren en die in het nieuwe seizoen poten. Veel mensen in Nederland merken daar niet zoveel meer van. De aardappels die je in de winkel koopt kun je rustig allemaal opeten. Dat zijn consumptie-aardappels. De poot-aardappels die voor een volgende oogst moeten zorgen worden door boeren en bedrijven zelf bewaard. Maar denk je eens even in dat je alleen zou moeten leven van de aardappels die je in je eigen tuintje verbouwt. Wat zou er dan gebeuren als je alle aardappels die je hebt op zou eten? Dan zou je het volgend jaar geen aardappels meer kunnen laten groeien. Wat je moet zaaien mag je niet op-eten. Zoiets heb je met heel veel natuurlijk producten. Zoals je poot-aardappels moet bewaren voor een volgend seizoen, zo moet je ook zaai-koren bewaren. Zaaisel, waar je verder van leven moet, mag je nooit helemaal op-eten. Je kunt er wel vàn eten, maar je mag het niet op maken. En dat hoeft ook niet. Als het goed gaat leveren poot-aardappels of zaai-koren zoveel meer op, dat je er van leven kunt èn bewaren voor een volgend jaar.

Waarom vertel ik dit? Nou, omdat Paulus hier in 2 Korintiërs over wat wij hebben en over ons levensonderhoud spreekt als over zaad om te zaaien. Als God ons geeft wat wij nodig hebben, dan geeft Hij ons, om zo te zeggen, geen zakken consumptie-aardappels, maar poot-aardappels, geen kant en klaar gebakken en gesneden brood, maar zaai-koren. God schakelt ons in en spreekt ons aan op onze eigen verantwoordelijkheid. En dan denkt Paulus aan meer dan aan onze verantwoordelijkheid voor ons leven hier. Dat ook. God geeft ons ons leven meestal niet kant-en-klaar, maar geeft kracht om te werken, ideeën om uit te voeren, materiaal dat ons stimuleert om als mensen te leven. Maar Paulus denkt nog aan meer. Met wat wij hier hebben en kunnen moeten we zaaien en dan zal God er een rijke oogst op laten volgen. Maar die oogst vindt plaats bij anderen en uiteindelijk in het koninkrijk van God, in de komende wereld. Dat zaaien doe je dan ook volgens Paulus door te geven, te delen. Wie God dankt voor zijn rijkdom moet anderen God ook laten danken, zaaien dus, en de oogst volgt navenant: wie gul uitdeelt aan de armen, zijn rechtvaardigheid houdt stand voor altijd. Echt danken laat danken en oogst zo dank van God.

Daarmee staan we vanavond apart in onze samenleving, lijkt me. We gaan als christenen niet alleen apart naar de kerk om God te danken, terwijl de meeste mensen God helemaal niet danken. We leven ook in een consumptie-maatschappij, waarin we eraan gewend zijn alles op te maken en in de eerste plaats te denken aan wat we zelf verdienen en bereiken. Nu de grenzen van de mogelijkheden van de schepping in zicht komen beginnen sommige mensen wel te begrijpen dat we niet zomaar alles mogen opmaken, maar dat het ook nog eens Gods bedoeling voor mensen zou zijn om serieus te delen wat ze hebben, dat is nog een hele stap verder.

Laten wij er dan maar extra aan denken, als we zo meteen danken voor planten en dieren en mensen, voor gewas en arbeid, voor wat we hebben en kunnen en graag willen blijven kunnen. Echt danken laat danken en oogst zo dank van God. We danken niet maar voor onze eigen luxe en voor alles wat wij mooi op konden maken. We danken voor onze poot-aardappels, voor de overvloed van Gods gaven waardoor we altijd en in alle opzichten voldoende voor onszelf hadden en ook nog ruimschoots konden bijdragen aan allerlei goed werk (vers 8). We danken voor ons rijk zijn in ieder opzicht, zodat we in alles vrijgevig konden zijn, en onze vrijgevigheid tot dankzegging aan God leidde. We danken voor alle mogelijkheden om te dienen met wat wij hebben en kunnen. Wie zo kan danken mag zich verheugen op een rijke oogst, nog eens extra, in Gods nieuwe wereld.

Zo danken kun je, denk ik, alleen als je je goed realiseert voor welke wereld je eigenlijk zaait met je bezit en met je werk. Als het alleen maar om de werkelijkheid hier en nu zou gaan hadden we alle reden om mee te gaan met onze prestatiemaatschappij. Als je alle resultaten van je leven hier zou moeten genieten, als je de oogst van je leven hier binnen zou moeten halen, dan zou je net als alle anderen moeten zaaien door te presteren of door het maximale er uit te halen. Dan wordt de dank zomaar karig in je leven. Want wanneer is het genoeg, wanneer heb je genoeg voor je eigen levensloop-regeling? Paulus zet ons leven in een wijder perspectief. We zaaien uiteindelijk voor een oogst op Gods nieuwe aarde, een wereld van gerechtigheid en liefde. Daarom is zaaien delen en niet ontwikkelen en uitbouwen. Daarom is zaaien geven en niet presteren, dienen en niet opmaken. Zoals de Here Jezus zelf zei: zo verzamel je schatten in de hemel. Die keren de rijkste dividend uit. Echt danken laat danken en oogst zo dank van God.

Ja, want zo past het ook echt bij die God die de macht heeft u te overstelpen met al zijn gaven, toch? God geeft ons zijn koninkrijk gratis. We hoeven niets te presteren om zijn nieuwe wereld binnen te gaan. Wie geen geld heeft, mag hier komen en zonder geld kopen. Zo geeft God ons ook ons levensonderhoud en onze levensmogelijkheden gratis. Het is nog niet zo gek als Paulus in vers 10 een woord opneemt uit Jesaja 55:10. Zoals alle regen van boven komt, vruchtbaarheid en eten geeft, zo komt ook Gods Woord, zijn evangelie, van boven en geeft toegang tot die nieuwe wereld waar voor een doornstruik een cipres opschiet en voor een distel een mirt. Juist wie bij deze God wil horen, die gratis uitdeelt, zal beseffen dat wat we hebben bedoeld is om mee te dienen, elkaar en anderen. Wat we hebben zijn poot-aardappels. Daar dank je voor door ze te poten, te zaaien, door ze uit te delen.

We gaan dus niet maar danken voor ons bezit, voor onze energie, voor onze prestaties en onze winst op zichzelf. Juist vanavond gaan we bewust apart van onze samenleving staan. We danken voor ons zaaigoed, ook voor dit jaar. We danken voor ons levensonderhoud waardoor we iets te geven hadden. Voor energie waardoor we konden dienen. Voor goede ideeën waar we anderen mee konden helpen. Voor vaardigheden die we in konden zetten voor medemensen. En noem maar op. Als die dank dan niet alleen maar in woorden bestaat, maar ook in daden, dan zal blijken dat ze echte dank was: dank die laat danken en zo dank oogst van God.

Neem dat gerust als lakmoes-proef voor vanavond: dank die niet tot dankzegging van anderen aan God leidt is nog niet de dank waar het om gaat. Of dat betekent dat je 10% geeft van je inkomen, en aan wie dan, daar zal ik echt niet intreden. Voor jou zou ook 1% goed kunnen zijn, of 35%. Paulus treedt daar ook niet in: Laat ieder zoveel geven als hij zelf besloten heeft, zonder tegenzin of dwang, want God heeft lief wie blijmoedig geeft (vers 7). Als maar duidelijk is waar het Paulus hier om gaat: echte dank laat danken en oogst zo dank van God. Zo bewijs je dat je gehoorzaam bent aan het evangelie van Christus: door de ruimhartigheid waarmee je met alle anderen wilt delen (vers 13). Het is een bewijs dat groeit uit de dank aan God voor zijn onbeschrijfelijk groot geschenk in Jezus Christus, onze Heer, Amen.

Gebed

Psalm 148,1

 

Vader in de hemel, zo beginnen we ons bidden met U te prijzen, U eer te geven. We willen ons echt richten op U en ook ons bidden niet laten cirkelen om onszelf. Wij wijden ons in ons bidden juist aan U. Wij zijn het niet die het overzicht hebben. Wij zijn het niet die kunnen uitmaken wat goed en kwaad is. Wij weten niet wat wij zullen danken zo dat het echt past. Wilt U welwillend naar ons luisteren, omdat we uw kinderen zijn in Christus Jezus, onze Heer.

Wij prijzen U dat U zich niet afsluit van onze wereld, maar dat U vanuit de hemel van uw eer juist helemaal betrokken bent op wat hier op aarde gebeurt. Samen met Christus Jezus, uw Zoon, bent U het die beslist wat hier gebeurt. U bent het die uitmaakt wat U ons toevertrouwt, waarvan U denk dat wij het aankunnen, en wat U inschat dat ons verder zal kunnen brengen. En zoals met ons gaat U met alle mensen om. Ontvang dan ook onze dank voor al uw gaven, ook van het afgelopen jaar-seizoen. Ons levensonderhoud en onze levensruimte is uit uw hand gekomen. Uw vingerafdrukken staan op ons bestaan, en dat maakt het tenslotte altijd goed. Uw macht schiet niet tekort, uw wijsheid is onbeperkt en uw liefde kent geen grenzen. Dat hebben we gemerkt. We willen U er om prijzen en uw liefde eren door zelf in liefde met uw gaven om te gaan. Laat ons zo een leven van delen leiden in de Geest van Christus Jezus onze Heer. In zijn naam danken we U.

 

Psalm 148,2

 

Vader in de hemel, U schiep en U blijft regeren. De voor ons overweldigende en altijd weer onvoorspelbare krachten van de natuur lopen U niet uit de hand. We danken U vanaf een aarde die schudt en kreunt en lijdt. We voelen onszelf in veel opzichten schutterende tovenaarsleerlingen, verbijsterd door de krachten die we zelf hebben opgeroepen, maar nu niet meer kunnen hanteren. Rampen, overstromingen, aardbevingen, aanslagen, vreemde ziekten van dieren en mensen, veranderingen in het klimaat, het gebeurt ons mede door onze eigen zelfoverschatting. We danken U voor uw trouw en uw nabijheid midden in dat alles. U geeft kracht, U geeft uithoudingsvermogen, U geeft ook creativiteit, hulp die helpt en uitzicht op uw nieuwe wereld. We danken U als de grote reden die U bent om niet moedeloos te worden en niet op te houden goed te doen. Prent het ons des te meer in dat U uw gaven geeft als zaaigoed en help ons om te delen. Help ons daar persoonlijk bij, maar ook als samenleving in West-Europa. Dank voor alle tekens van recht midden tussen onrecht, voor alle leven midden in de dood, voor alle liefde die het uithoudt tegenover haat en onverschilligheid. Dank bovenal voor het leven van uw Zoon Jezus Christus. Dat zijn kruis midden in deze wereld heeft gestaan is de grootste bron van dank en blijdschap die U ons ooit heeft kunnen geven. En U heeft het willen doen in Hem, door Hem. In zijn naam danken we U.

 

Psalm 148,3

 

Vader in de hemel, U die de schepper bent van hemel en aarde, van alle dieren, groot en klein, van heuvels en weilanden, bomen en planten, U danken we voor uw blijvende zorg. U hebt dieren en gewassen gezondheid gegeven. U hebt ook dit seizoen vruchtbaarheid en leven gegeven. We konden leven en meer dan dat: U hebt ons hier overstelpt met uw gaven. Dank voor alles wat we daarmee konden doen aan goede dingen voor elkaar en anderen. Leer ons dat steeds meer te doen vanuit het besef dat U ons ons leven toe-spreekt en ons bevrijdt van de zorg voor ons eigen leven.

Wij zijn maar kleine mensen. We hebben niet eens overzicht over wat er in Nederland gebeurt, laat staan over de ontwikkelingen in Europa en de rest van de wereld. Toch zijn we er mede afhankelijk van geworden voor ons werk en ons inkomen, de boeren en de landbouwers meer dan wie ook. Of we reden hebben U daarvoor te danken weten we eigenlijk niet. Het is allemaal zo dubbel. Dank in ieder geval voor wat goed is en wat als goede gave neerdaalt van U de schepper van de lichten. Dank in ieder geval voor alles waarin U ons leert in afhankelijkheid van U te leven, leert met onze eigen beperkingen en grenzen om te gaan. Dank voor de rust die U ons geeft, niet in eigen prestaties en in ons eigen hoofd boven water houden, maar in uw zorg, de zorg van onze Vader in de hemel, door Jezus Christus, onze Heer. In zijn naam danken we U.

 

Psalm 148,4

 

Vader in de hemel, Koning van de koningen bent U, de enige echte rechtvaardige koning bovendien. We danken U voor vrede en recht, voor orde en veiligheid. We dragen U onze politici en regeringsleiders op. Ze willen meestal niet meer naar U luisteren en van U leren. Des te meer brengen we hen onder uw aandacht. Dank dat U toch ook door hen wilt werken. Dank ook dat U tegelijk met eigen stem blijft spreken over eerlijkheid en recht. Dank dat U ons houvast blijft geven ook als onze samenleving steeds meer wetten krijgt die niet rechtvaardig zijn en niet goed, maar hard en hardvochtig. Dank voor alle wegwijziging die U geeft ook voor onze samenleving en voor alle medechristenen die zich daarvoor inzetten.

Dank ook voor alle mogelijkheden die we hebben hier om onderwijs te geven en te ontvangen en zo ook uw wijsheid te delen en door te geven. U bent de God van alle mensen, jong en oud. U danken we dan ook voor wijsheid, inventiviteit en mogelijkheden om kinderen op te voeden en hun kennis en waarden over te dragen. Dank voor alle gaven van uw Geest om kinderen en jongeren iets van Uzelf te laten zien, hen U voor te stellen en voor te leven. Dank voor alle geloof dat U zelf laat groeien en in beweging houdt. Dank bovenal voor Jezus Christus onze Heer, de grote leermeester van alle christenen. In zijn naam danken we U.

 

Psalm 148,5

 

Vader in de hemel, in Christus mogen we steeds dicht bij U zijn, persoonlijk en als gemeente. Dank voor alle ervaring daarvan. Dank voor al uw bemoediging en alle reden, dag in dag uit, zondag in zondag uit, om U te loven. Dank voor alle gebed, dank voor alle opengaan van uw evangelie. Dank voor alle kansen om uw goede boodschap door te geven en te delen. Dank voor alle liefde en trouw, voor alle aandacht en zorg. U bent zelf de grote reden voor al onze dank. Zegen alles wat er gebeurt om U des te meer ons voor ogen te stellen in Christus, onze Heer. Neem alles weg wat zou kunnen hinderen om samen blij te zijn met U en met elkaar in U. Want we willen niets liever dan met overtuiging U bezingen, uw hoogverheven naam roemen. Wilt U dan naar ons luisteren, in ons bidden en ons danken, als we ons eerbiedig opstellen naast uw Zoon en U aanbidden:

Onze Vader in de hemel,
laat uw naam geheiligd worden,
laat uw koninkrijk komen
en uw wil gedaan worden op aarde zoals in de hemel.
Geef ons vandaag het brood dat wij nodig hebben.
Vergeef ons onze schulden, zoals ook wij hebben vergeven wie ons iets schuldig was.
En breng ons niet in beproeving, maar red ons uit de greep van het kwaad.
Want aan U behoort het koningschap, de macht en de majesteit tot in eeuwigheid. Amen.

gehouden in: Loenen-Abcoude, 2 november 2005
in een eerdere versie gehouden in: Loenen-Abcoude, 14 maart 2001

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *