Tweede zondag van de advent – Terts

korte stilte

℣ God, kom mij te hulp,
℟ Heer, haast u mij te helpen.

Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest,
zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen. Halleluja.

hymne: Nunc, Sancte, nobis, Spiritus

Kom, Geest, die zijt in ’t hemelrijk,
de Vader en de Zoon gelijk,
verwaardig u, keer tot ons in,
vervul ons hart en ziel en zin.

Mond, tong en geest en zin en kracht
belijden zingende uw macht,
laat vuur van liefde door ons gaan
en naar de naaste overslaan.

Doe ons de Vader en de Zoon
aanschouwen in de hoge troon,
o Geest van beiden uitgegaan,
wij bidden u gelovig aan.

antifoon

Sion is onze versterkte stad, de Verlosser zal zijn als een wal en een bolwerk. Open de poorten, want God is met ons, halleluja.

eerste psalm: Psalm 139:1-12 — De Heer doorschouwt alles
Wie kent de gedachten van de Heer, wie was ooit zijn raadsman? (Rom. 11:34).

HEER, u kent mij, u doorgrondt mij,
u weet het als ik zit of sta,
u doorziet van verre mijn gedachten.
Ga ik op weg of rust ik uit, u merkt het op,
met al mijn wegen bent u vertrouwd.

Geen woord ligt op mijn tong,
of u, HEER, kent het ten volle.
U omsluit mij, van achter en van voren,
u legt uw hand op mij.
Wonderlijk zoals u mij kent,
het gaat mijn begrip te boven.

Hoe zou ik aan uw aandacht ontsnappen,
hoe aan uw blikken ontkomen?
Klom ik op naar de hemel – u tref ik daar aan,
lag ik neer in het dodenrijk – u bent daar.

Al verhief ik mij op de vleugels van de dageraad,
al ging ik wonen voorbij de verste zee,
ook daar zou uw hand mij leiden,
zou uw rechterhand mij vasthouden.

Al zei ik: ‘Laat het duister mij opslokken,
het licht om mij heen veranderen in nacht,’
ook dan zou het duister voor u niet donker zijn –
de nacht zou oplichten als de dag,
het duister helder zijn als het licht.

Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest,
zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen.

tweede psalm: Psalm 139:13-18 — De Heer doorschouwt alles
Wie kent de gedachten van de Heer, wie was ooit zijn raadsman? (Rom. 11:34).

U was het die mijn nieren vormde,
die mij weefde in de buik van mijn moeder.
Ik loof u voor het ontzaglijke wonder van mijn bestaan,
wonderbaarlijk is wat u gemaakt hebt.
Ik weet het, tot in het diepst van mijn ziel.

Toen ik in het verborgene gemaakt werd,
kunstig geweven in de schoot van de aarde,
was mijn wezen voor u geen geheim.
Uw ogen zagen mijn vormeloos begin,
alles werd in uw boekrol opgetekend,
aan de dagen van mijn bestaan ontbrak er niet één.

Hoe rijk zijn uw gedachten, God,
hoe eindeloos in aantal,
ontelbaar veel, meer dan er zandkorrels zijn.
Ontwaak ik, dan nog ben ik bij u.

Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest,
zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen.

derde psalm: Psalm 119:1-8 (Alef) — Overweging van het woord van de Heer in de wet
God liefhebben houdt in dat we ons aan zijn geboden houden (1 Joh. 5:3).

Gelukkig wie de volmaakte weg gaan
en leven naar de wet van de HEER,
gelukkig wie zijn richtlijnen volgen,
hem zoeken met heel hun hart.
Zij bedrijven geen onrecht,
maar gaan de wegen die hij wijst.

Uw regels hebt u gegeven
opdat wij ons eraan houden.
Laat toch mijn wegen recht zijn,
ik wil mij houden aan uw wetten.

Ik zal nooit beschaamd staan
als ik uw geboden in acht neem.
Ik zal u loven met een oprecht hart
als ik uw rechtvaardige voorschriften leer.
Ik zal mij houden aan uw wetten –
verlaat mij dan niet voorgoed.

Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest,
zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen.

antifoon

Sion is onze versterkte stad, de Verlosser zal zijn als een wal en een bolwerk. Open de poorten, want God is met ons, halleluja.

kapittel: Romeinen 15:4

Alles wat vroeger is geschreven, is geschreven om ons te onderwijzen, opdat wij door te volharden en door troost te putten uit de Schriften zouden blijven hopen.

vers

℣ Alle volken zullen de naam van de HEER vrezen,
℟ alle koningen van de aarde zijn majesteit eren.

slotgebeden

℣ Heer, ontferm u over ons.
℟ Christus, ontferm u over ons.
℣ Heer, ontferm u over ons.

℣ HEER, hoor mijn gebed,
℟ laat mijn hulpkreet u bereiken.

korte stilte

God, doe ons met verlangen uitzien naar de ontmoeting met uw Zoon. Laat het bezig zijn in deze wereld ons niet verhinderen hem tegemoet te gaan, maar geef ons de wijsheid die ons verengt met onze Heer Jezus Christus, uw Zoon, die met U leeft en heerst in de eenheid van de heilige Geest, God, door de eeuwen der eeuwen. Amen.