lezen: Johannes 1:1-18
Het Woord is mens geworden en heeft bij ons gewoond, vol van goedheid en waarheid. — Johannes 1:14
Wanneer God als koning gaat optreden, verschijnt Hij zelf. Zijn goedheid en waarheid, waar alles door ontstaan is, nemen vlees en bloed aan. Uit zijn overvloed worden mensen met goedheid overstelpt. Als hemel en aarde uit zijn liefde tot bestaan en leven gekomen zijn, dan is zijn liefde het enige wat sterker is dan haat, en zijn goedheid het enige wat sterker is dan slechtheid. Goedheid en waarheid zijn dan ook het enige wat Hij inzet. Meer zou minder zijn, en een verloochenen van zichzelf (2 Tim. 2:13). Zijn laatste Woord is opnieuw zijn eerste Woord.
Alleen, nu woonde het bij ons, als mens onder mensen. Eindeloze goedheid, met huid en haar. Licht in het donker van de leugen dat God geen liefde is, maar zelfhandhaving. En Hij blijkt nog veel verder te willen gaan. Hij geeft goed op kwaad, laat kwaad meewerken voor iets goeds. Waar de zonde toeneemt, breekt de genade in overvloed uit (Rom. 5:20). ‘Voor mijn zoon zullen ze wel ontzag hebben’ (Mat. 21:37). Het is logica van de God die liefde is en het kwaad onnavolgbaar vindt. Hij sterft liever aan het kwaad dan het met kwaad te vergelden.
Zo is Hij koning, gekomen om van de waarheid te getuigen (Joh. 18:37). Zo roept Hij ons: ‘Volg Mij.’
vraag: Wat zet jij in jouw leven, naast goedheid en waarheid, nog meer in?
zingen: Liedboek 513 (God heeft het eerste woord)